CvB 20-01 | De pedagoog moet keuzes over belangenafweging bespreken met gezagsdragers en goed documenteren
De casus betrof een jeugdige die vrijwillig in de gesloten jeugdzorg was geplaatst. Het NVO-lid kwam in beroep tegen uitspraak CvT 19-14, deels over de procesorde, deels inhoudelijk. Het College van Toezicht heeft in strijd gehandeld met een goede procesorde. Beide partijen zijn hier echter uiteindelijk niet door benadeeld. Terugverwijzen naar het College van Toezicht om de klacht opnieuw te behandelen zou daarom geen meerwaarde hebben.
Het inhoudelijke beroep slaagt deels. Het perspectiefplan voldoet inhoudelijk aan de eisen van een behandelplan. Ook heeft de pedagoog naar het oordeel van het College niet zonder toestemming informatie uitgewisseld met de gemeente.
Het College van Beroep oordeelt ten aanzien van de gegrond gebleven klachtonderdelen dat de pedagoog weliswaar heeft gehandeld met het oog op het belang van de jeugdige, zij had verweerders echter beter moeten informeren bij haar belangenafweging en deze belangenafweging en de besluitvorming hierover beter moeten documenteren. Ook blijft het oordeel in stand dat de pedagoog geen rechtstreeks verzoek voor ontzetting uit het gezag mag doen aan de kinderrechter.
Het College van Beroep heeft de voorwaardelijke schorsing van drie maanden vernietigd en een waarschuwing opgelegd, mede gezien de complexe situatie.