College van Toezicht CvT 20-21 12-08-2021

CvT 20-21 | Pedagoog brengt afscheidsbezoek aan cliënten na beëindiging hulpverlening zonder expliciete toestemming van beide wettelijk vertegenwoordigers

De pedagoog heeft een professionele relatie met de kinderen van klaagster van 2017 tot en met 2020. In deze periode ziet zij de kinderen bijna wekelijks. Klaagster klaagt over de hulpverlening en dat de pedagoog na de beëindiging van de professionele relatie een afscheidsbezoek bracht aan de kinderen. 

Het College is van oordeel dat de hulpverlening is gebleven binnen een redelijk bekwame beroepsuitoefening. Echter, het afscheidsbezoek had de pedagoog alleen mogen brengen als beide wettelijke vertegenwoordigers hiervoor expliciete toestemming hadden gegeven. Dit vloeit voort uit de Bijlage ouderschap, gezag en (echt)scheiding bij de Beroepscode 2017. Van toestemming van klaagster is in dit geval geen sprake.

Het College vindt het ook merkwaardig en onzorgvuldig dat de pedagoog in de hoorzitting en in haar verweer verklaart dat zij een melding bij Veilig Thuis heeft gedaan na het abrupte stopzetten van de hulpverlening, en dat zij dit na de hoorzitting terugneemt. Na de hoorzitting stelt de pedagoog dat zij alleen heeft overwogen om een melding te doen.