NVO Storytellers Podcast: Jonge kinderen bloeien samen met hun ouders
In de zevende aflevering van de NVO Storytellers Podcast spreekt Gerhard van Cappellen met orthopedagoog-generalist en IMH-specialist Rozemarijn van Pagée en hoogleraar orthopedagogiek Marian Jongmans. Ze gaan in gesprek over het jonge kind, over stress bij ouders, en over hoe je juist in de eerste levensjaren kunt versterken wat er al is.
Het jonge kind is niet te jong om te voelen
IMH – Infant Mental Health – is een benadering waarbij de relatie tussen ouder en kind centraal staat. Die relatie is in de eerste levensjaren extra belangrijk: kinderen zijn volledig afhankelijk van hun omgeving, en ontwikkelen zich in wisselwerking daarmee. “We kijken altijd naar het hele verhaal,” zegt Rozemarijn. “Hoe was de zwangerschap? De bevalling? Wat is er daarna gebeurd?”
Ze ziet in haar praktijk jonge kinderen met slaapproblemen, eetproblemen, overmatig huilen, of juist opvallend teruggetrokken of druk gedrag. “Soms hebben ze al op heel jonge leeftijd ingrijpende gebeurtenissen meegemaakt. Die ervaringen slaan zich op – in het brein, maar ook in het lichaam.”
Marian vult aan dat investeren in die vroege ouder-kindrelatie niet alleen bijdraagt aan het directe welzijn van kind en ouder, maar ook op de lange termijn effect heeft. “Uit onderzoek blijkt dat investeren in deze levensfase gezondheidswinst én kostenbesparing oplevert.”
Een verhaal over Fien
Rozemarijn vertelt over Fien, een meisje van acht maanden dat werd aangemeld vanwege paniekhuilen en slaapproblemen. Ze was dysmatuur geboren na een stressvolle zwangerschap en moest na haar geboorte in het ziekenhuis blijven. Haar ouders waren uitgeput en onzeker. Ze vroegen zich af of Fien zich in de steek gelaten had gevoeld.
Tijdens een gesprek zag Rozemarijn hoe Fien aandachtig naar haar ouders keek. Toen ze hen daarop wees, lachte Fien naar haar moeder – die ontroerd raakte. In de behandeling werd gewerkt met EMDR-storytelling en speelsessies, waarin ouders hun ervaringen konden verwoorden én opnieuw verbinding maakten met hun kind. “Het paniekhuilen verdween,” vertelt Rozemarijn. “En ze durfden weer te vertrouwen op hun eigen kunnen.”
Versterken wat er al is
Dat is volgens beide sprekers de kern van IMH: aansluiten bij wat er al is. Niet ‘hoe hoort het’, maar: wat werkt er in dit gezin? “We zijn geen deskundigen die zeggen hoe het moet,” zegt Marian. “We proberen aan te sluiten bij de kracht die er al is – en die zichtbaar te maken.”
Daarvoor gebruiken IMH-professionals bijvoorbeeld videobeelden van de interactie, die ouders samen terugkijken. Of eenvoudige reflectieve gesprekken die ouders helpen om opnieuw hun kind te zien. “Die kleine signalen van het kind, die zijn er al,” zegt Marian. “Maar je moet ze leren herkennen.”
Ook spelen met het kind is belangrijk. Spelen lijkt vanzelfsprekend, maar vraagt soms bewuste aandacht. Marian: “Spel is niet alleen leuk, het is fundamenteel voor de ontwikkeling.”

Foto: van links naar rechts: Rozemarijn van Pagée, Gerhard van Cappellen en Marian Jongmans